zondag 15 december 2013

Oprichter Jan Willem Ramakers, Beeldhouwer en zijn oeuvre (1851-1887)

Deel 1     1851-1860
Opmerking van de auteur
De keuze van 1851 tot 1887 heeft tot reden omdat de aanvang van beeldhouwactiviteiten aan de Leurstraat in Geleen in September 1851 begon en 1887 omdat op 25 maart 1887 de oprichter Jan Willem Ramakers overleed. Op deze manier kunnen we de hele oeuvre (zover bekend) behandelen van Jan Willem. Om het artikel leesbaar te houden wordt dit artikel verdeeld in een aantal delen. Informatie over Jan Willem kunt u lezen in eerder gepubliceerde artikelen. Na het overlijden van Jan Willem zetten zijn zonen Henri en Mathieu de zaak voort. Na hun overlijden in 1912 (Mathieu) respectievelijk 1925 (Henri) werd de zaak voortgezet door Louis, de laatste telg van het vier generaties durende beeldhouwersgeslacht.

Inleiding
Een chronologische lijst met kerkmeubilair en andere afgeleverde kunst en meubelstukken werken bestaat er niet, wat het vaststellen van een oeuvrelijst onmogelijk maakt. Dit is mede doordat instellingen gingen documenteren vanaf 1850. Hiervoor werd er nauwelijks gedocumenteerd. Tevens werden er werken van atelier Ramakers nauwelijks gesigneerd.

Dit houdt in dat er in archieven van kerken en kloosters gezocht moest worden. Deze instellingen hebben inmiddels voor een groot deel hun archieven verplaatst naar gecentraliseerde archieven. Dat wil zeggen dat gespecialiseerde, min of meer commerciele instellingen deze archieven onderhouden en beheren.

Echter een J.W. Ramakers & Zonen Beeldhouwers archief is er wel ooit geweest. Bij de ontruiming van het pand bij de verkoop in 1961 is 95% van het archief verloren gegaan. Dit betrof tekeningen, correspondentie, rekeningen etc. Indertijd was er blijkbaar geen belangstelling van het gemeente archief van Geleen om het archief over te nemen. Maar over het archief Ramakers wijd ik een apart artikel.
Foto 19, tekening van een altaar gewijd aan het Heilig Hart van Maria (1883). Tekening in bezit van auteur
(klik op de tekening voor vergroting)
Beeldhouwers
De volgende beeldhouwers en schrijnwerkers werken tussen 1851 en 1864 bij atelier Ramakers:
                                           Geboortedatum  Geboorteplaats         
Dohmen, Jan Arnold       01-09-1811          Onbekend/Overl. op 25-11-1860
Maassen, Jan Jozef         05-06-1809          Schinnen
Baggen, Jan Antoon        04-02-1837         Geleen
Lemmens, Jan Martijn    05-03-1825         Geleen
Boijens, Jan Mattijs         10-02-1811           Geleen
Bron: Bevolkingsregister EHC Sittard-Geleen

Oeuvrelijst (zover bekend)
1850     Beek (Gld), St Martinuskerk
Preekstoel eikenhout. Dit monument is 6 meter hoog en is in neo-barokke stijl vervaardigd.
 Foto 20, preekstoel in neo-barok. Foto: Cultureel Erfgoed
(klik op de foto voor vergroting)

Foto 21, detailfoto preekstoel in neo-barok. Foto: Cultureel Erfgoed
(klik op de foto voor vergroting)

1851     Sittard, synagoge aan de Plastraat

Door de groei van de Joodse gemeenschap in Sittard was het noodzakelijk een nieuwe synagoge te bouwen. Voor de stitching van een fonds tot de opbouw van een nieuwe kerk ten dienste der Nederlands Israelisch Gemeente te Sittard, werd 31 januari 1843 een regelement ontworpen.

Op 19 maart verleende de gemeente Sittard een subsidie van 200 gulden en 22 juli 1851 heeft dan op het stadshuis de aanbesteding plaats.

Architect was Joh. Lamb. Lemmens uit Beek, die ook de synagoge in Maastricht ontwierp. De bouw van het gibbous werd gegund aan de aannemer Hub. Dolders voor een bedrag van 2.900 gulden. Het meubilair zou vervaardigd worden door Jan Willem Ramakers uit Geleen. De kerk was geinspireerd op de Sjoel in Maastricht, die ontworpen was door de stadsarchitect M. Hermans. Met groot feestvertoon vond op 16 september de opening plaats.


Foto 22, interieur van de synagoge aan de Plakstraat in Sittard

(klik op de foto voor vergroting)


1851     Noorbeek, H. Brigadakerk
H. Brigidakerk, na jarenlang verkeerde interpretatie in verband met een in een klassieke stijl gemaakte orgelkast het volgende: bij de jongste onderzoekingen is echter een ander contract met een meubelmaker ontdekt, waaruit eenduidig is af te leiden, dat de bestaande orgelkas ook uit 1851 is. Op dezelfde 2e juli 1851 werd namelijk door het kerkbestuur een contract getekend met de gebroeders Ramakers voor het vervaardigen van "eenen nieuwen eiken orgelkast." De specificatie bestaat uit twaalf punten. Kosten van de orgelkas: 600 franken. De orgelkast is nog aanwezig.
Foto 23, eikenhouten orgelkast uit 1851. Foto: Kerkgebouwen in Limburg

1851     Sweykhuizen, H.H. Dionysius en Odiliakerk
Het Oksaal is vervaardigd in 1851 door Jan Willem Ramakers. Het oksaal is 8 meter lang en 1 meter hoog. Het is wit gelakt en verguld hout. Het is een gebogen balustrade. Het is nog in de kerk aanwezig.
Foto 24, Sweykhuizen, Oksaal (1851). Foto: Kerkgebouwen in Limburg

1853     Geleen, H.H. Marcellinus en Petruskerk
Op 17 maart 1853 brandt het hoofdaltaar af. Nog in hetzelfde jaar werd er door atelier Ramakers een nieuw altaar geleverd dat 470 gulden kostte. Het altaar is vervangen voor een ander altaar in 1868. Er is geen afbeelding bekend.

1853     Mheer, H. Lambertuskerk
De orgeltrtibune is gemaakt door Jan Willem Ramakers uit Geleen voor 280 gulden. Het is nog aanwezig en werd in 1963 gereviseerd door de Firma Pereboom uit Maastricht.
Foto 25, Mheer, Orgeltribune (1853). Foto door auteur
(klik op de foto voor vergroting)

1856     Berg en Terblijt, H.H. Monulphus en Gondulphuskerk
In 1856 vervaardigde Jan Willem Ramakers een nieuw hoogaltaar en twee zijaltaren in neo-barok voor de H.H. Monulphus en Gondulphuskerk in Berg en Terblijt voor een bedrag van 2.500 francs. In de ´30-er jaren van de 20e eeuw kocht pastoor Janssen van de H. Antonius van Paduakerk te Scharn deze jaren deze altaren voor zijn kerk met een orgeltje, preekstoel en communiebank voor 600 gulden. De kerk in Berg en Terblijt was reeds afgebroken. In 1965 is het barokke hoofdaltaar uit Terblijt omgebouwd tot Offeraltaar. De vier houten engeltjes die oorspronkelijk bij de zijaltaren van “de altaren van Berg en Terblijt” hoorden zijn ook nog te bewonderen. Delen van deze altaren schijnen in de huidige altaren te zijn verwerkt in de H.H. Donysius en Odiliakerk in Sweykhuizen. Van deze altaren zijn geen afbeeldingen bekend.

1857     Geleen, H.H. Marcellinus en Petruskerk
Een nota van atelier Ramakers uit februari van dat jaar luidt: “Een Mariabeeld (45 francs) zonder farven, dito als dat van Meeswijk“. Van dit Mariabeeld zijn geen afbeeldingen bekend.